Het is u wellicht al wel opgevallen dat ik mij voor deze rubriek geregeld laat inspireren door iets wat ik recent gelezen heb. Dat is ook deze keer het geval. Recent las ik het boekje ‘Ik wist niet hoe moeilijk dit was! Ontboezemingen van een rouwdragende man en vader’ van ds. A.T. Vergunst. Meerderen in onze familie lazen het in de afgelopen periode en zo kwam het ook bij ons terecht. Gezien de titel zult u dat vast kunnen plaatsen, gelet op het verlies van onze (schoon)zus dat ons in de afgelopen periode sterk heeft beziggehouden – en nog. Het boekje geeft veel wat zeer herkenbaar is voor wie met rouw te maken heeft. Dat kan rouw zijn om het sterven van een geliefde, maar ook bijv. om verlies van gezondheid, werk of een onvervuld verlangen zoals een kinderwens. Al gebiedt de eerlijkheid te zeggen dat de focus van het boekje toch wel ligt op het verliezen van een geliefde door het sterven.


Ik denk dat het boekje ook voor velen van ons behulpzaam kan zijn. Ik denk aan weduwen en weduwnaars, aan ouders die hun kind naar het graf moesten brengen. Maar ook het verliezen van je ouders of, zoals in ons geval, een zus of broer brengt grote rouw met zich mee. Daarnaast kan het boekje ook behulpzaam als je pastoraal of persoonlijk om mag gaan met mensen die in rouw zijn.


In dit boekje neemt ds. Vergunst zijn lezers mee in wat rouw is en wat het met je doet. Daarbij put hij uit zijn eigen ervaring, niet alleen als predikant, maar juist ook persoonlijk. Zijn vrouw overleed op jonge leeftijd aan de gevolgen van een hersentumor en hij bleef met een jong gezin achter. Later kreeg zijn (pleeg)dochter een zeer ernstig ongeluk met alle gevolgen van dien. In het eerste deel van het boekje bespreekt hij allerlei gedachten over rouw en wat het eigenlijk is. Het zet je leven totaal op z’n kop. Hij beschrijft hoe diepingrijpend het is als iemand van je wordt losgescheurd. “Je gevoelsleven is totaal in de war. Het lijkt wel een chaos vanbinnen. Soms voel je helemaal niets meer en ben je totaal leeg.” Vergunst laat zien dat rouw een normale, natuurlijke, maar ook noodzakelijke reactie is. Daarin is hij heel eerlijk over wat het met zich meebrengt, ook voor het geloofsleven. Grote vragen over Gods leiding en liefde schuwt hij niet, maar stelt hij eerlijk aan de orde.


Vervolgens geeft hij in deel 2 handreikingen over hoe je op een goede manier rouwenden kunt begeleiden. Hele praktische adviezen, wat je juist wel en juist niet moet zeggen, hoe je omgaat met bezoek, maar ook bijv. met iets als een nieuwe relatie passeren de revue. Ook voor omstanders kan dit gedeelte erg behulpzaam zijn.


Het mooiste gedeelte vond ik zelf het slot van het boekje. Dat is meer meditatief van aard. Daarin neemt Vergunst ons vanuit Psalm 77 mee in de worsteling over Gods leiding in het leven zoals de dichter Asaf dat beleefde, maar hij legt daar heel eerlijk en kwetsbaar zijn eigen verhaal naast. Vanuit deze Psalm laat Vergunst zien dat de oprechte gelovige niet alle moeite en verdriet bespaard wordt, hoe ingrijpend dat ook is. Maar wat kan het daardoor stormen in een mensenhart! Wat mij trof was hoe de vraag aan de orde komt waar God is in allerlei vormen van lijden. Waar was God? De schrijver vertelt dan: “God gaf mij een duidelijk antwoord op al mijn vragen. Hij was op dat moment op dezelfde plaats als waar Hij was toen ze Zijn Zoon doodden aan het kruis. Hij was en is gezeten op de troon van hemel en aarde.” God regeert. Ook als wij Zijn wegen totaal niet begrijpen. Het sprak mij ongetwijfeld ook aan doordat onze (schoon)zus met Psalm 77 begraven is. ‘O God, Uw weg is in het heiligdom. Wie is een groot God, zoals God?!’ Vanuit het heiligdom spreekt Hij tot ons en laat Hij zien dat Hij er is. Wij kunnen Hem in dat heiligdom niet zien of narekenen. Maar datzelfde heiligdom was ook de plek waar verzoening plaatsvond. Bij uitstek dus de plek waar Gods liefde voor verloren mensen schittert. Daarom moeten en mogen wij vasthouden en overdenken dat God getrouw en geloofwaardig is. Want dat is Hij vast en zeker, om Christus’ wil.


Ds. Vergunst dient momenteel in Canada en is predikant in de Gereformeerde Gemeenten. Dat laatste zal een enkeling op het eerste gezicht wellicht wat afschrikken, maar dat is werkelijk niet nodig. Het is een boek dat aan alle kanten de genade en liefde van God ademt, zelfs in het zwaarste wat een mens in het leven kan overkomen. Niet oppervlakkig, maar eerlijk en diep. Het is trouwens geen dik boek en het leest heel vlot. Ik zou het de rouwdragenden in ons midden en ook degenen die dichtbij hen staan van harte willen aanbevelen.


Rouw is rauw. Daar zou nog veel meer over te zeggen zijn. De titel van het boekje (Ik wist niet hoe moeilijk dit was!) zegt wat dat betreft al genoeg. Ik denk nog even terug aan het voorbeeld uit de preek van Oudejaarsavond. Wat wij moeten dragen in onze handen, kan zwaar zijn. Dat is niet alleen rouw, maar dat kunnen ook andere omstandigheden in uw of jouw leven zijn. Maar God legt Zijn handen onder onze handen om ons te dragen. Vaderhanden. Doorboorde handen. Zegenende handen. Dragende handen. ‘‘k Zal aan Zijn hand vertrouwend gaan, die hand geleidt mij veilig.’ (Lied 472, WK). Dát wensen we elkaar ook voor de komende tijd van harte toe!


Hartelijke groet vanaf de ambassade aan de Gruttoweg!

Ds. A. van der Stoep